Logo Reinier de Graaf ziekenhuis.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Mond- Kaak- en Aangezichtschirurgie

Tandheelkundige implantaten

Tandheelkundige implantaten

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door

Wat zijn implantaten?

Als tanden en kiezen verloren gaan, gaan ook hun wortels verloren. Soms kan zo’n wortel vervangen worden door een implantaat. Tandheelkundige implantaten zijn ‘kunstwortels’ gemaakt van een lichaamsvriendelijk metaal (titanium). Deze kunstwortels hebben de vorm van een schroef en worden in het kaakbot gedraaid. Op implantaten kunnen kronen of een brug worden geplaatst. Er kan ook een gebitsprothese op worden vastgeklikt.

Wel of geen implantaten?

Niet bij iedereen kunnen implantaten geplaatst worden.

Eerst een andere gebitsprothese

Als een gebitsprothese los zit doordat deze bijvoorbeeld niet goed past, wordt eerst een nieuwe, goedpassende gebitsprothese gemaakt.

Een brug

Als één of twee tanden moeten worden vervangen door implantaten, dan beoordeelt de kaakchirurg eerst de tanden en kiezen ernaast. Als deze al flink gevuld zijn, kan de tandarts een brug bij u plaatsen. Als de tanden en kiezen ernaast nog gaaf zijn, kunt u voor een implantaat kiezen. De gave tanden en kiezen ernaast kunnen dan intact blijven.

Gezondheid

Er zijn aandoeningen die het risico op complicaties groot maken. Dan is het beter om geen implantaat te plaatsen.

Kaakbot

Om implantaten te kunnen plaatsen moet voldoende kaakbot aanwezig zijn. Om dit te beoordelen worden vooraf röntgenfoto’s gemaakt. Bij een tekort aan kaakbot is uitgebreide voorbehandeling noodzakelijk. Soms kunnen we het bottekort aanvullen. Hiervoor gebruiken we bot uit bijvoorbeeld de kin, kaakhoek of bekkenkam. Soms wordt ook kunstbot gebruikt.

Klemmen en knarsen

Bij patiënten die extreem klemmen of knarsen en bij zwakke gebitselementen tegenover de implantaten, is het soms beter om af te zien van implantaten.

Roken

Roken belemmert de genezing van wonden en het vastgroeien van implantaten. Implantaten kunnen hierdoor los gaan zitten en verloren gaan. Als u rookt, is het dringende advies te stoppen met roken. Blijft u wel roken, dan is het de vraag of het plaatsen van implantaten verantwoord is. Wilt u hulp bij het stoppen met roken? Bekijk de folder ‘Stoppen met roken’ op de website reinierdegraaf.nl

Resultaten van de behandeling

Soms groeit het implantaat niet goed vast aan het bot. Ook kan een implantaat pas na langere tijd los gaan staan. Er kan dan sprake zijn van zogenaamde 'peri-implantitis'. In beide gevallen moet de kaakchirurg het implantaat verwijderen.
Na genezing kan de kaakchirurg beoordelen of opnieuw een implantaat geplaatst kan worden. Vaak is dit nog mogelijk.
Implantaten in de onderkaak geven betere resultaten dan implantaten in de bovenkaak. Dat komt doordat de kwaliteit van het bot in de onderkaak anders is dan in de bovenkaak.

Voorbereidingen thuis

Wij adviseren u een mondspoelmiddel in huis te halen: chloorhexidine 0,10% of chloorhexidine 0,12%. U kunt dit kopen bij de drogist of apotheek. De meest voorkomende merknamen zijn Corsodyl en Perioaid, maar er bestaan ook huismerken. Met het mondspoelmiddel begint u 1 à 2 uur voor de ingreep.
Ook adviseren wij u pijnstillers in huis te halen. Het is verstandig 1 uur voor de ingreep een pijnstiller te nemen. Soms wordt een antibioticum voorgeschreven. U moet dan 1 uur voor de ingreep met het antibioticum starten.

De Behandeling

Gang van zaken tijdens de behandeling

De kaakchirurg verdooft u plaatselijk. Vervolgens maakt de kaakchirurg een snee in het tandvlees en schuift dit opzij. Hierna maakt de kaakchirurg met boortjes van een oplopende diameter, een ruimte in het bot. Hierin wordt het implantaat geplaatst. Daarna wordt de wond gesloten met hechtingen. Afhankelijk van de kwaliteit van het bot, wordt het implantaat tijdelijk onder het tandvlees gelegd of komt het direct zichtbaar in de mond te liggen.

Duur van de behandeling

De behandeling duurt meestal tussen de 30 en 60 minuten.

Risico's

Risico op zenuwschade

Er is een klein risico op een blijvend verminderd of een veranderd gevoel (bijvoorbeeld tintelen) van de helft van de onderlip en/of kin. Met name als een implantaat geplaatst wordt in het gebied achter de hoektand in de onderkaak, is er kans op zenuwschade. Tussen de beide hoektanden is dit risico kleiner, maar niet uitgesloten. Door de onderkaak loopt namelijk de gevoelszenuw van de onderlip en de kin. Om te bepalen hoe de zenuw loopt, wordt vooraf een röntgenfoto gemaakt en een correcte implantaatlengte berekend. Bij een groot risico op beschadiging overlegt de kaakchirurg met u of de behandeling gewenst is.

Na de behandeling

Bij- en nawerkingen

De lip voelt nog enkele uren stijf aan door de verdoving. In het algemeen levert de ingreep weinig napijn op. Wel treedt vaak wat zwelling op, die één week kan aanhouden. U krijgt van ons een coldpack mee, waarmee u de huid kunt koelen. Soms verkleurt de huid, met name bij gebruik van bloedverdunners.

Vervoer naar huis

Het is in sommige gevallen raadzaam om na de behandeling niet zelfstandig aan het verkeer deel te nemen. Regel daarom vooraf een taxi of iemand die u naar huis brengt.

Adviezen voor thuis

Doe het de eerste dagen na de ingreep rustig aan.

Niet belasten

Door groei van bot tegen het implantaat gaat dit na verloop van tijd vastzitten. Hoelang dit duurt is afhankelijk van de kwaliteit van het kaakbot. Het kan zes weken tot een half jaar duren. In deze periode mag u de implantaten niet belasten. Dit betekent dat u gedurende twee weken de (gedeeltelijke) gebitsprothese niet mag dragen. Laat ook ’s nachts de gebitsprothese uit. Het eten met de aangepaste gebitsprothese zal lastig blijven, omdat u afbijten en stevig kauwen moet vermijden om overbelasting te voorkomen.

Verzorging van implantaten

Spoel de mond gedurende 3 dagen 2 maal per dag met het mondspoelmiddel om te voorkomen dat het tandvlees rond het implantaat ontstoken raakt. Nadat u gespoeld heeft, is het verstandig gedurende een half uur niet te eten, te drinken of te spoelen met bijvoorbeeld water. Na drie dagen moet u starten met poetsen van het implantaat.
Als u onvoldoende poetst, blijft tandplak achter op en rond het implantaat. Tandplak is een witgele aanslag die voornamelijk bestaat uit bacteriën. Tandplak irriteert het tandvlees, waardoor het ontstoken raakt. U kunt dit zelf merken doordat het tandvlees bloedt bij het poetsen of aanraken. Bij onvoldoende mondhygiëne kan het implantaat los gaan staan. Tandplak wordt voorkomen door niet alleen de implantaten, maar ook het tandvlees en de kaakwal drie maal per dag te poetsen. Gebruik hiervoor een kleine, zachte multi-tufted (veel haren, in kleine bosjes bij elkaar) tandenborstel. Maak hiermee kleine, horizontale, trillende bewegingen, waarbij de tandenborstel nauwelijks van zijn plaats komt. U kunt tandpasta gebruiken; bij voorkeur zonder schuurmiddelen.
Als poetsen de eerste dagen gevoelig is, kunt u nog enkele dagen het spoelmiddel gebruiken. Gebruik het spoelmiddel echter niet langer dan twee weken.

Controlebezoek op de polikliniek

Na één tot twee weken komt u voor controle terug bij ons. De assistente verwijdert dan de hechtingen en past indien nodig de gebitsprothese aan.

Nabehandeling

Als bij u de implantaten onder het tandvlees zijn gelegd, krijgt u nog een behandeling. Hierbij worden onder plaatselijke verdoving de implantaten ‘vrijgelegd’ en voorzien van een verlengstukje dat in de mond uitsteekt. Daarna kan de tandarts of tandprotheticus een kroon, brug of gebitsprothese maken. Een gebitsprothese kan bevestigd worden op een staaf of op drukknoppen. De tandarts of tandprotheticus overlegt met u welke optie het beste bij u past.

Nacontrole

Na het plaatsen van de gebitsprothese zien wij u nog eenmaal terug om te controleren of het implantaat met daarop de gebitsprothese goed zit. Dit is belangrijk voor de levensduur van het implantaat.

Wie betaalt?

Of uw zorgverzekering de kosten van het plaatsen van tandheelkundige implantaten (geheel of gedeeltelijk) vergoedt, hangt af van de polisvoorwaarden. Wij adviseren u van tevoren bij uw zorgverzekeraar na te vragen hoeveel u vergoed krijgt.

Vragen

Als u vragen heeft, kunt u altijd contact opnemen met onze polikliniek Mondziekten, kaak- en aangezichtschirurgie. Uw kaakchirurg geeft u graag uitleg als iets u niet duidelijk is.

Contact

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de polikliniek Mond-kaak en aangezichtschirurgie: 015 - 260 38 11. De polikliniek is te bereiken van 08:30 uur tot 12:00 uur en van 13:00 tot 16:30 uur.

Bij spoedklachten buiten kantooruren kunt u contact opnemen via het algemene nummer van het Reinier de Graaf: 015 - 260 30 60.


Foldernummer: 0525
Laatst bijgewerkt op: 07-02-2024




Gerelateerde informatie:

Deze website maakt gebruik van cookies. Lees onze cookieverklaring .
Gezien