U ontvangt deze informatie, omdat uw arts heeft voorgesteld om bij u een nierbiopsie te laten doen. Hierin kunt u lezen wat een nierbiopsie is, wat het doel van dit onderzoek is, welke voorbereidingen nodig zijn, hoe het onderzoek verloopt en wat u na afloop kunt verwachten. U kunt uiteraard altijd contact met ons opnemen als u aanvullende vragen heeft.

Wat is een nierbiopsie?

Een nierbiopsie is een onderzoek waarbij wij met een speciale, dunne naald wat weefsel uit de nier wegnemen. Om de juiste plaats te kunnen bepalen, maken wij gebruik van echografie: de afbeelding van inwendige organen door middel van geluidsgolven. Een gespecialiseerd arts, de radioloog, voert het onderzoek uit. Het onderzoek vindt plaats op onze röntgenafdeling.

Het doel van de nierbiopsie

De nierbiopsie is bedoeld om weefsel uit de nier te verkrijgen voor nader onderzoek. Het onderzoek is van belang, omdat wij zo tot een juiste diagnose en behandeling kunnen komen.

De voorbereidingen

Uw arts heeft voorgesteld om bij u een nierbiopsie te laten doen. Tijdens het gesprek heeft uw arts verteld wat dit voor onderzoek is en waarom wij het bij u doen. Voor de nierbiopsie nemen wij u op in ons ziekenhuis. Voorafgaand aan de dag van de biopsie nemen wij bloed bij u af om te kijken naar de stolbaarheid ervan. Dit is belangrijk om een eventuele nabloeding zoveel mogelijk tegen te gaan, ook al komt een nabloeding zelden voor.

Uw opname

Voor de nierbiopsie wordt u gedurende één etmaal opgenomen op de Dagbehandeling afdeling van ons ziekenhuis. Een halfuur voor de biopsie dienen wij u twee spuitjes onder de huid toe. Die zorgen voor enige pijnstilling en stabilisatie van de bloeddruk. Hierdoor verloopt de hele nierbiopsieprocedure zo soepel mogelijk.

De nierbiopsie

U krijgt voor het onderzoek een operatiejasje aan. Wij verzoeken u op uw buik of uw zij te gaan liggen, omdat de nieren vanuit de flank het beste te bereiken zijn. Hierna brengen wij wat gel op de huid aan. Dit kan koud aanvoelen. De radioloog strijkt daarna met het echoapparaat over de huid. Zo bepaalt hij door middel van echografie de plaats van de punctie.

Hierna ontsmetten wij de huid met alcohol en krijgt u een speciale doek over uw rug, met een opening erin waardoor de radioloog de biopsie verricht. Wij verdoven de biopsieplaats met lidocaine. Deze prikjes kunnen wat vervelend en soms koud of branderig aanvoelen. Nadat de verdoving is ingewerkt, maakt de radioloog een klein sneetje in de huid, zodat hij de holle biopsienaald makkelijker kan inbrengen. De biopsienaald brengt hij in onder geleide van het echoapparaat.

Tijdens de biopsie geeft de radioloog u aanwijzingen over uw ademhaling. Soms moet u inademen of juist weer uitademen. Dit is afhankelijk van de plek waar het om gaat.

‘Nauwelijks iets gevoeld’

Doordat wij alleen de huid kunnen verdoven en niet de nier, kan de biopsie een wat vervelend gevoel geven. De pijn die u voelt, varieert van ‘nauwelijks iets gevoeld’ tot ‘wel iets gevoelig’. Hevige pijn voelen, komt eigenlijk niet voor. De risico’s, zoals nabloeding of verslechtering van de nierfunctie, zijn kleiner dan 5 procent.

Om voldoende weefsel te verkrijgen om een diagnose te kunnen stellen, verrichten wij via het insteekgaatje meestal twee of drie biopsies. De stukjes weggenomen weefsel onderzoeken wij in het laboratorium. Na het onderzoek halen wij de gel van uw huid en maken we het wondje schoon. Op het wondje krijgt u een gaasje en een zandzakje. Hierna brengen wij u weer terug naar de afdeling. Het onderzoek duurt ongeveer dertig minuten.

Na het onderzoek

Na het onderzoek is het belangrijk dat u tot de volgende ochtend bedrust houdt. Dit om de kans op een eventuele nabloeding te verminderen. U kunt na het onderzoek, als de verdoving is uitgewerkt, wat pijn krijgen op de biopsieplaats. Dit is een normaal verschijnsel. Zo nodig kunt u in overleg met de dienstdoende arts iets tegen de pijn krijgen. Als de klachten toenemen of niet verminderen, moet u dit melden aan het verplegend personeel of aan uw arts.

Op de afdeling meten wij regelmatig uw bloeddruk en doen bloed- en urineonderzoek om een eventuele complicatie, zoals een nabloeding, uit te sluiten. Als u niet voor verdere behandeling opgenomen bent in ons ziekenhuis, houdt u tot de volgende ochtend bedrust, waarvan de eerste drie uur met een zandzakje onder uw rug.

Naar huis

Het is prettig als u zich na het onderzoek door iemand kunt laten begeleiden. Wij raden u af na het onderzoek zelf te rijden. Neem dus een taxi of laat u rijden.

Krijgt u thuis toenemende pijnklachten of pijnklachten die niet verminderen? Neemt u dan contact op met de huisarts, onze afdeling nefrologie of de afdeling waar u die dag bent ontslagen. De telefoonnummers vindt u aan het eind van deze patiënteninformatie.

Op de dag van het onderzoek mag u niets tillen. Wij adviseren u de week daaropvolgend géén zware lichamelijke inspanning te verrichten. Na die week kunt u weer alles doen.

De uitslag

Als u nog in het ziekenhuis bent, krijgt u na drie tot vijf werkdagen de uitslag van uw arts. Als u niet bent opgenomen, moet u hiervoor een afspraak maken op de polikliniek.

Heeft u nog vragen?

Heeft u nog vragen na het lezen van deze patiënteninformatie? Als u in ons ziekenhuis bent opgenomen, kunt u met uw vragen natuurlijk altijd terecht bij het verplegend personeel. Heeft u thuis nog vragen, belt u dan met een van de volgende telefoonnummers:

Polikliniek nefrologie: 015 - 260 30 70
Polikliniek interne geneeskunde: 015 - 260 30 70
Meer informatie en contactgegevens vindt u op onze website www.reinierdegraaf.nl.