U ontvangt deze informatie, omdat de kinderarts bij uw kind een Meckelscan (maagslijmvliesscintigrafie) heeft afgesproken. Maagslijmvliesscintigrafie is een nucleair geneeskundig onderzoek waarbij onderzocht wordt of er in de darmen een stukje slijmvlies zit dat net als een deel van maagslijmvlies zuur uitscheidt. Dit heet Meckel’s divertikel en is een aangeboren afwijking. Het onderzoek wordt gedaan met een licht radio-actieve stof. Omdat kinderen gevoeliger zijn voor straling wordt bij hen minder radioactief materiaal gebruikt dan bij volwassenen. Dit is afhankelijk van de leeftijd en het gewicht van uw kind. Deze radio-actieve stof wordt via het infuuslockje van uw kind ingespoten. Via het bloed komt deze stof in het maagslijmvlies terecht.
Voorafgaand aan het onderzoek
Uw kind mag 6 uren voor het begin van het onderzoek niet eten of drinken.
Bij aankomst in het ziekenhuis meldt u zich op de afgesproken tijd (ongeveer 2 uur voor het maken van de beelden) bij de balie van de Kinder- en Jeugdafdeling, 2de etage, gang F.
Soms wordt u dan nog even verzocht om in de wachtruimte te wachten tot u en uw kind opgehaald worden door de verpleegkundige/ medisch pedagogisch hulpverlener.
U en uw kind worden voorbereid door de medisch pedagogisch hulpverlener of door de verpleegkundige.
De voorbereiding wordt afgestemd op de leeftijd en het ontwikkelingsniveau van uw kind: met poppen, beren, allerlei materialen en/ of door mondelinge uitleg.
Er wordt een Raphydanpleister of Emla-zalf op de huid van uw kind aangebracht. Dit is om de opperhuid van uw kind iets te verdoven zodat het infuuslockje, dat ingebracht moet worden voor het onderzoek, wat minder pijn zal doen. Deze zalf moet minimaal een half uur inwerken.
Ook wordt het gewicht, de lengte en bloeddruk van uw kind gemeten.
Minimaal een half uur na het aanbrengen van de Raphydanpleister of Emla-zalf worden u en uw kind naar de onderzoekskamer gebracht alwaar de kinderarts een infuuslockje bij uw kind inbrengt en wordt er ook gelijk bloed afgenomen voor onderzoek.
De naald van het infuuslockje wordt direct weer verwijderd en er blijft een soort plastic buisje in de ader achter waardoor op de afdeling Nucleaire Geneeskunde voor het onderzoek belangrijke stoffen kunnen worden toegediend.
Het onderzoek
Op de afgesproken tijd meldt u zich met op de afdeling Nucleaire Geneeskunde begane grond, gang F waar uw kind de scan krijgt.
Kinderen tot ongeveer drie jaar komen in een vacuümkussen te liggen. Dit kussen vormt zich naar het lichaam van het kind en zorgt ervoor dat het kind niet teveel kan bewegen. Hoofd en armen blijven buiten het kussen. Dit kussen ligt op een onderzoekstafel. Grotere kinderen komen op een laken op de onderzoekstafel te liggen.
De onderzoekstafel schuift onder een camera waar het kind tijdens het onderzoek blijft liggen. Het kind komt met de gehele buik onder de camera te liggen. Als uw kind goed onder de camera ligt krijgt uw kind de licht radio-actieve vloeistof via de infuusnaald. De opnames worden dan direct gestart en duren 45 minuten. Eventueel worden zo nodig nog aanvullende opnames verricht. Gedurende het onderzoek blijft het kind op de Nucleaire Geneeskunde, ouder(s) kunnen bij hun kind blijven.
Na het onderzoek wordt het infuuslockje bij uw kind verwijderd en mogen u en uw kind naar huis.
U heeft al een belafspraak of poliafspraak met de arts. Op die dag hoort u de uitslag van het onderzoek.
Het is niet mogelijk om direct een uitslag te geven. De beelden moeten eerst op de computer worden geanalyseerd.
Belangrijke voorbereiding op het onderzoek
- Bepaalde medicijnen hebben invloed op de scan. Overleg met uw kinderarts over de medicijnen die uw kind gebruikt.
- Uw kind mag gedurende 6 uur voor het begin van het onderzoek niet eten of drinken echter bij pasgeboren kinderen en zuigelingen overlegt u met de kinderarts.
- Indien u zwanger bent of borstvoeding geeft dient u dit voorafgaande aan het onderzoek te melden aan de afdeling Nucleaire Geneeskunde.
- Wanneer u onverhoopt de afspraak moet verzetten belt u dan, indien mogelijk, minstens 2 dagen van te voren. Er kan dan nog een andere patiënt opgeroepen worden.
Wat uw kind van tevoren moet weten
- hoe het onderzoek verloopt
- dat het inbrengen van een infuusnaald een beetje pijn kan doen maar dat u kind van tevoren een verdovende pleister of zalf krijgt die de ergste pijn tegen gaat
- tijdens het maken van de beelden moet het kind stil blijven liggen
- de speciale camera komt boven de buik te hangen en maakt een zoemend geluid, na het instellen van de camera is er alleen een zachte zoem te horen
- dat de medewerker van de Nucleair Geneeskunde u voor het onderzoek vertelt hoe uw kind een teken kan geven als er iets is
- dat het onderzoek ongeveer 1 uur duurt
- dat het onderzoek niet pijnlijk is
- dat de ouder/ verzorger tijdens het onderzoek erbij mag zijn
- dat het kind na het onderzoek weer snel mee naar huis mag.
Hoe kunt u uw kind (tijdens het onderzoek) helpen?
- Probeer zelf zo rustig mogelijk te blijven, uw kalmte maakt uw kind rustiger.
- Richt uw aandacht op uw kind, het heeft uw steun nodig.
- Stel gerust vragen wanneer u of uw kind iets niet begrijpt.
- Neem vertrouwd speelgoed of een voorleesboek mee als afleiding (indien van toepassing een fopspeen).
- Neem, indien van toepassing, de buggy van uw kind mee zodat uw kind in zijn/ haar eigen vertrouwde buggy vervoerd kan worden.
- Neem voor de zekerheid wat schone kleding en, indien van toepassing, luiers mee voor uw kind.
Belangrijke informatie
De radioactieve stof die we inspuiten verlaat het lichaam van uw kind vooral via de urine. Om verspreiding van de radioactieve urine tegen te gaan moet uw kind zittend plassen en na elk toiletbezoek zijn/haar handen wassen, dit geldt ook voor een begeleider. Gebruikt uw kind luiers? Dan moet u na het verschonen goed uw handen wassen. De luier kan daarna gewoon in de afvalbak.
Contact
Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Bel dan op werkdagen met de afdeling Nucleaire geneeskunde: 015 - 260 42 33.Of met de polikliniek Kindergeneeskunde op 015 - 260 36 90.