U ontvangt deze informatie, omdat uw baby op dit moment op de afdeling Neonatologie ligt. Uw baby is hier onder andere om op een goede manier te leren drinken. De logopedist is hierbij betrokken. Logopedist? Wat doet een logopedist bij baby’s? Hij[1] praat toch nog niet?
Wij zijn logopedisten gespecialiseerd in voedingsproblemen bij baby’s en jonge kinderen. Dit wordt preverbale logopedie genoemd. Als een pasgeboren baby goed drinkt, verloopt dit volgens een vast ritme van zuigen, slikken en ademen. De coördinatie van zuigen, slikken en ademen, in een stabiel ritme, is nog moeilijk. De baby verslikt zich of krijgt het benauwd en raakt snel uitgeput. Het is belangrijk om uw baby zoveel mogelijk te helpen bij het drinken. Hoe vaker hij het juiste ritme oefent, hoe makkelijker het zal gaan en hoe sneller hij het zelf kan gaan toepassen. Wanneer het drinken op een ontspannen wijze verloopt, kost het minder energie en leert de baby snel. Het drinken is dan een positief moment en dat is belangrijk voor de verdere eet- en drinkontwikkeling. De logopedist observeert het drinkgedrag en geeft gerichte adviezen over het drinken.
[1] in deze brochure gebruiken we ‘hij’ maar daar worden ook meisjes mee bedoeld. Wanneer mag mijn baby gaan drinken?
Het moment waarop uw baby kan starten met drinken is niet gebonden aan een vaste leeftijd, maar aan wat hij op dat moment laat zien. De meeste baby’s starten met drinken tussen 34 en 36 weken.
Hoe kan ik zien dat mijn baby toe is aan drinken?
Uw baby laat dit met een aantal signalen zien:
- De hartslag, de ademhaling en het zuurstofgehalte zijn stabiel; de monitor laat geen alarmen horen rondom voedingstijd en verzorging;
- Hij is wakker en alert;
- Hij laat happende en zoekende bewegingen zien als u met uw vinger over de wang naar de mondhoek strijkt;
- Hij is ontspannen, te zien aan licht opgetrokken benen en handjes voor de borst of bij de mond.
Als deze vier signalen aanwezig zijn, is uw baby toe aan zelf drinken. We noemen dit ook wel ‘voedingsgereed’. Deze signalen gelden voor zowel de borst- als flesvoeding. Alleen wanneer een baby voedingsgereed is, zal een optimale drinktechniek tot stand komen en zal het drinken een positieve ervaring zijn. Als uw baby voedingsgereed is, probeer dan zo snel mogelijk te starten met de voeding.
Op welke momenten kan ik mijn baby beter geen borst- of flesvoeding geven?
U kunt uw baby beter geen borst- of flesvoeding geven als één of meerdere van ondergenoemde signalen niet aanwezig zijn:
- Als de waardes op de monitor niet stabiel zijn, is de baby hard aan het werk om deze te stabiliseren. Er is dan te weinig energie om zelf te drinken. De kans op verslikken is op zo’n moment ook groter. Door het verslikken kan de baby het drinken als negatief ervaren.
- Als de baby niet goed wakker of onrustig is, kan hij het zuigen, slikken en ademen niet goed coördineren. Het gevaar dat hij zich verslikt wordt groter.
- Als de baby de mond niet opent bij aanraken van de wangen of lippen, zijn de voedingsreflexen onvoldoende aanwezig. De baby is dan niet toe aan zelf drinken.
- Als de baby handen, voeten, armen, benen of het hele lichaam strekt, dan voelt hij zich niet comfortabel. Dit heeft een nadelige invloed op het drinken. En als de baby de armen slap laat hangen, is hij te moe om te drinken.
Soms is de baby medisch nog niet stabiel genoeg. Er wordt dan besloten om nog helemaal geen fles aan te bieden. Indien er toch gevoed zou worden, is de kans op verslikken erg groot. Drinken is dan geen positieve ervaring, waardoor de kans op het ontstaan van aversie aanwezig is. Af en toe kan de baby wel kortdurend zuigen op een fopspeen of op de pink van ouders. Dit is een eenvoudigere vaardigheid, kost minder energie en het is nog steeds een goed oefenmoment voor uw baby. De logopedist komt een paar keer per week observeren of flesvoeding gestart kan worden.
Hoe lang mag mijn baby drinken?
Dit verschilt per baby. Een premature baby heeft gemiddeld genomen minder energie, omdat de meeste energie naar groei en ontwikkeling gaat. Voor prematuren die net starten met drinken kan vijf minuten al lang genoeg zijn. Soms heeft de baby al meer energie en lukt het om het drinken langer vol te houden. Hij mag dan langer drinken, maar het advies is om maximaal een half uur te voeden. Op deze manier blijft er voldoende tijd tussen de voedingen in om te slapen.
U stopt met het aanbieden van de voeding als de baby moe wordt. Dit is te zien aan armen die slap worden, slordiger drinken en steeds langere pauzes bij het drinken.
Een kort, ontspannen drinkmoment is belangrijker dan een lange voeding waarbij de nadruk ligt op het leegdrinken van de fles.
Hoe kan ik mijn baby helpen bij het drinken?
U kunt uw baby helpen bij het drinken door direct te starten met voeden als hij voedingsgereed is en het (rond) voedingstijd is. Als uw baby eerst verzorgd of gewogen moet worden, probeer dan het verzorgingsmoment kort te houden. Zorg dat het rustig is op de kamer en u zelf lekker zit. Observeer goed hoe uw baby drinkt en let hierbij op de geluiden en de lichaamstaal. U zult hierdoor de signalen van uw baby steeds beter kunnen interpreteren en hierop inspelen. Het voedingsmoment is op deze wijze voor zowel ouder als kind een positieve ervaring. Het kan zijn dat u al adviezen heeft gekregen van de verpleging of de logopedist; probeer deze dan op te volgen.
Veel premature baby’s drinken in zijligging. Deze houding heeft een aantal voordelen: het ademen kost minder energie en de melk stroomt iets minder hard uit de fles. U kunt goede ondersteuning geven, waardoor er minder energieverlies is om de lichaamshouding te handhaven. De zijligging is een natuurlijke houding die ook veel bij de borstvoeding wordt toegepast. Als de slokken toch iets te groot zijn, kan de melk makkelijker uit het mondje lopen in plaats van in het keelgat. Hiermee voorkomt u dat uw baby zich mogelijk verslikt.
Veel premature baby’s hebben er baat bij wanneer de melk niet te snel stroomt. De baby’s kunnen nog maar hele kleine slokjes wegslikken. Wanneer u uw baby voedt met een speen met een heel klein gaatje (prematurenspeen), hoeft uw baby per slok minder melk weg te slikken en niet na te slikken. Zo kan er eerder gepauzeerd worden om te ademen en zal hij zich minder snel verslikken. De lactatiekundige geeft adviezen rondom de borstvoeding. Bij de flesvoeding kan de verpleging of logopedist adviezen geven over de fles en speen.
Wat voor adviezen krijg ik dan van de logopedist?
De logopedist zal u voorlichting geven over de ontwikkeling van het drinken en het herkennen van de lichaamstaal van uw baby. Zij zal tevens adviezen geven over:
- het toepassen van de zijligging;
- de juiste fles of speen;
- het geven van ritme dat specifiek past bij uw baby;
- wat te doen bij morsen of verslikken.
Ritme? Wat houdt dit in?
Dit betekent dat u de speen afbuigt naar beneden zodat er even geen melk in de speen zit. De speen mag wel in de mond blijven, zodat de baby niet opnieuw hoeft te happen. Wanneer de speen is afgebogen, kan het zijn dat uw baby nog even doorzuigt om de restjes melk weg te slikken. Daarna stopt hij en krijgt hij de kans om goed te ademen. De baby geeft zelf aan wanneer hij na deze pauze weer toe is aan drinken. Wanneer hij weer begint te zuigen, kan de fles weer teruggebogen worden. De logopedist kijkt hoeveel slokken uw baby achter elkaar kan drinken, voordat er een pauze nodig is. Wanneer de zuigreeksen steeds even lang zijn en rustig verlopen, leert uw baby om ritmisch te drinken. Elke keer dat het afbuigen op een goede en consequente manier verloopt, leert uw baby hiervan en zal hij steeds makkelijker zelf zijn ritme kunnen vasthouden en op het juiste moment pauzeren. Indien uw baby nog even door zuigt op een lege speen, is dit geen probleem. De baby slikt niet dus zal geen last hebben van extra lucht in de maag of darmen.
Waarom is ritmisch drinken zo belangrijk voor de drinkontwikkeling?
De eerste paar levensmaanden drinkt een baby met behulp van voedingsreflexen. Er is namelijk nog geen willekeurige motoriek ontwikkeld. Wanneer de baby reflexmatig drinkt, worden er al wel motorische patronen ingeslepen, oftewel geautomatiseerd. Deze motorische patronen heeft de baby nodig wanneer de voedingsreflexen na een paar maanden duidelijk afnemen.
Wanneer de baby vaak slordig en a-ritmisch drinkt, zal het slordige drinken inslijpen en automatiseren. Dat is niet de bedoeling. Als dit toch gebeurt, ontstaan er voedingsproblemen rond de leeftijd van 2 à 3 maanden. De baby kan dan niet goed uit de fles drinken. Als uw baby ritmisch leert drinken, hoeft u hier niet bang voor te zijn. Observeer tijdens een voeding hoe uw baby drinkt en kijk niet naar de gedronken hoeveelheden.
Wanneer mag mijn baby naar huis?
De kinderarts beslist wanneer uw baby naar huis mag. Het is belangrijk dat bij ontslag de drinktechniek van uw baby voldoende ontwikkeld is. De logopedist beoordeelt dit en geeft een advies aan de kinderarts. Als uw baby met sondevoeding naar huis gaat, wordt er in de thuissituatie ook logopedie geboden. De logopedist bespreekt met u hoe dit in zijn werk gaat.
Tot slot
Mocht u vragen hebben over het drinken, neem dan gerust
contact met ons op. Wij zijn van maandag t/m vrijdag aanwezig en kunnen op korte termijn bij u langskomen. U kunt de verpleegkundige vragen ons te bellen.