Algemeen
Indien tijdens de operatie de baarmoedermond niet is weggenomen (SUA) dient u er rekening mee te houden dat het periodiek laten maken van een uitstrijkje nog steeds van belang is.Ten aanzien van activiteiten
- Tot 14 dagen na ontslag mag u niet zwemmen, dit om infecties te voorkomen.
- U mag wel douchen of in bad.
- U mag geen gemeenschap hebben tot aan de nacontrole op de polikliniek (6 weken).
- Fietsen en/of autorijden mag u naar kunnen weer hervatten
- De eerste 6 weken na de operatie is het van belang dat u zwaar tillen vermijdt zoals het dragen van gevulde boodschappentassen en/ of volle vuilniszakken. Pijnklachten zijn een teken dat u teveel gedaan heeft. U dient de signalen van uw lichaam in acht te nemen.
- Lichte huishoudelijke activiteiten als koken/ afwassen mogen langzaam worden opgestart.
- Sporten: Langzaam opstarten en uitbreiden. Moe zijn is een signaal wat niet genegeerd moet worden.
Ten aanzien van wondverzorging
- Hechtpleisters mogen de 5e dag na de operatie verwijderd worden. Dit mag u zelf doen en gaat het makkelijkst als u dit na het douchen doet.
- De hechtingen lossen vanzelf op.
- IJ hoeft geen pleister op de wond te dragen als de wond droog is tenzij er sprake is van wondlekkage en/of metalen nietjes als hechtmateriaal.
Pijnstilling
- Bij pijn mag u maximaal 4x daags 2 tabletten a 500mg Paracetamol innemen.
- Heeft u een recept gekregen voor andere pijnmedicatie dan kunt u die naast de paracetamol gebruiken.
- Indien u weer thuis bent en één of meer van de volgende klachten krijgt: Koorts (>38.5C)
- Ernstige dan wel toenemende pijnklachten
- Overmatig vaginaal bloedverlies welke meer is dan een normale menstruatie Ontstekingsverschijnselen van de wond (roodheid, zwelling, wondlekkage, warmte of pijn)
Neemt u dan contact op met
Op werkdagen tussen 8.30u en 16.30u met de polikliniek Gynaecologie: 015-2604207
Buiten kantooruren met het algemene ziekenhuisnummer: 015-2603060. Zij kunnen u doorverbinden met de arts-assistent Gynaecologie of de spoedeisende hulp.