U ontvangt deze informatie, omdat u hevig bloedverlies bij uw menstruatie heeft. Hierin kunt u lezen over de oorzaken hiervan, het onderzoek en de behandelmogelijkheden. Wij gaan niet in op onregelmatig bloedverlies, tussentijds bloedverlies, bloedverlies na de overgang of bloedverlies na gemeenschap. Aan het eind van deze informatie vindt u onder andere een verklarende woordenlijst. Wat is hevig bloedverlies en hoe vaak komt het voor?
Hevig bloedverlies betekent voor elke vrouw iets anders. Sommigen vinden bloedverlies hevig als het meer is dan zij gewend zijn; anderen noemen het hevig omdat zij veel tampons of maandverband nodig hebben, doorlekken en zich zeer vaak moeten verschonen. Een nauwkeurige definitie van hevig bloedverlies is er niet. Verlies van stolsels (dikke brokken) en bloedarmoede beschouwen we meestal als kenmerken van hevig bloedverlies.
Of hevig bloedverlies een reden is tot verder onderzoek en eventuele behandeling, hangt af van uw klachten. U bent degene die aangeeft of dit nodig is. Hevig bloedverlies is vervelend, maar kan meestal geen kwaad. Alleen als er sprake is van bloedarmoede, adviseert de arts vaak een behandeling. Sommige vrouwen menstrueren al vanaf hun vroege jeugd hevig. Zij weten niet anders en hebben vaak geleerd ermee te leven. Voor veel vrouwen ontstaat de klacht na hun dertigste of veertigste jaar, soms na het stoppen van de pil. Hevig bloedverlies heeft verschillende oorzaken die ieder een andere behandeling vragen. Men schat dat zo'n 10 tot 15 procent van de vrouwen last heeft van hevig bloedverlies en medische hulp zoekt.
De oorzaken van hevig bloedverlies
De hoeveelheid menstruatiebloed is onder andere afhankelijk van de dikte van het opgebouwde baarmoederslijmvlies. Hormonen gemaakt door de eierstokken verzorgen de opbouw van dit slijmvlies. Bij een daling van de hormoonspiegel stoot de baarmoeder het slijmvlies af. Hierbij ontstaat een bloeding: de
menstruatie. Naarmate de
overgang nadert, maken de eierstokken onregelmatiger hormonen aan. Daardoor kan uw lichaam heel veel slijmvlies opbouwen dat bij afstoting een sterke bloeding geeft. Bij het gebruik van de pil blijft het slijmvlies vaak dun. Het bloedverlies is dan minder dan bij een natuurlijke
menstruatie.
De rol van de baarmoeder
Niet alleen hormonen en de opbouw van het slijmvlies beïnvloeden het bloedverlies, ook de baarmoeder zelf speelt een rol. De baarmoeder, die de vorm en grootte van een peer heeft, bestaat uit een spierwand. Aan de binnenzijde is er de baarmoederholte. De spierwand is aan de binnenkant bekleed met slijmvlies. De wanden bekleed met het slijmvlies liggen tegen elkaar aan, zodat er in wezen geen sprake is van een echte holte. Veranderingen in de vorm van deze holte, bijvoorbeeld door de aanwezigheid van een
poliep of een myoompje (vleesboompje), hebben vaak overmatig bloedverlies tot gevolg.
Ook bij een baarmoeder met veel grote myomen kan er sprake zijn van hevig bloedverlies, evenals bij de aandoeningen adenomyose en
endometriose. Dit zijn afwijkingen waarbij het slijmvlies dat de baarmoederholte bekleedt, ook in de wand van de baarmoeder of buiten de baarmoeder aanwezig is. Bij
endometriose staan vaak pijnlijke menstruaties op de voorgrond. Een enkele keer veroorzaken afwijkingen in de bloedstolling of medicijnen die de bloedstolling beïnvloeden hevig bloedverlies. Ook door een spiraaltje neemt het bloedverlies toe. Bij 60 procent van de vrouwen vindt de gynaecoloog geen duidelijke verklaring voor het hevige bloedverlies.
De verschillende onderzoeken
Hierna leest u over de verschillende onderzoeken die mogelijk zijn bij hevig bloedverlies.
Gynaecologisch onderzoek
Bij het gynaecologisch onderzoek bekijkt uw gynaecoloog via een speculum (spreider) de baarmoedermond. Daarna verricht hij een
vaginaal toucher (inwendig onderzoek). Hiermee beoordeelt uw arts globaal de grootte en vorm van uw baarmoeder. Ook kan hij eventuele afwijkingen aan de eierstokken voelen.
Bloedonderzoek
Bloedonderzoek is mogelijk om bloedarmoede, ijzergebrek of afwijkingen in de bloedstolling op te sporen.
Echoscopisch onderzoek
Echoscopie is een onderzoek dat gebruikmaakt van hoogfrequente geluidsgolven. Informatie over echoscopisch onderzoek kunt u vinden in onze patiënteninformatie Echoscopie. Het onderzoek vindt plaats via de buikwand of de vagina (schede). Bij een niet al te grote baarmoeder geeft echoscopisch onderzoek via de vagina de beste informatie over eventuele afwijkingen van de baarmoeder of eierstokken.
Hysteroscopisch onderzoek
Een
hysteroscopie is een onderzoek waarbij uw gynaecoloog met een dun kijkbuisje (hysteroscoop) in de baarmoeder kijkt. Meer informatie over dit onderzoek vindt u in onze patiënteninformatie
Hysteroscopie. Uw gynaecoloog kan een eventueel aanwezige, kleine
poliep tijdens het hysteroscopisch onderzoek verwijderen. Als er sprake is van een of meer vleesboompjes die in de baarmoederholte uitpuilen, adviseert de arts meestal een grotere hysteroscopische operatie.
Curettage
Een curettage (schoonmaken) van de baarmoeder is een kleine operatie. Met een curette (een soort lepeltje) krabt uw gynaecoloog het slijmvlies dat de baarmoederholte bekleedt weg. Deze ingreep is soms nuttig om bijvoorbeeld een
poliep te verwijderen. Soms krabt de arts het weefsel voor onderzoek niet weg, maar zuigt het weg.
De verschillende behandelingen
Als de gynaecoloog afwijkingen vindt die het hevige vloeien kunnen verklaren, zoals poliepen of vleesbomen in de baarmoederholte, bespreekt hij met u of het mogelijk is deze te verwijderen. Ook legt hij uit hoe dat gebeurt. Vaak adviseert uw gynaecoloog dan een hysteroscopische operatie. Zie hierover onze patiënteninformatie Therapeutische
hysteroscopie.
Bij een hele grote baarmoeder met veel vleesbomen is soms, als medicijnen onvoldoende helpen, een baarmoederverwijdering de enige oplossing. Ook hierover hebben wij aparte patiënteninformatie: Myomen en Het verwijderen van de baarmoeder bij goedaardige aandoeningen.
Als de gynaecoloog geen duidelijke verklaring voor de hevige menstruaties vindt, zijn verschillende behandelingen mogelijk: behandelingen met medicijnen, een capsule met
progesteron die wij in de baarmoeder brengen, operatieve behandelingen van het baarmoederslijmvlies en verwijdering van de baarmoeder. Door de meeste behandelingen krijgt u minder hevige menstruaties; soms is er helemaal geen bloedverlies meer. Het effect van de behandeling is niet altijd blijvend op langere termijn. Het is niet altijd te voorspellen welke behandeling voor u het meest geschikt is. Doorgaans adviseert de gynaecoloog met de minst ingrijpende behandeling te beginnen. Verwijdering van de baarmoeder komt meestal pas als laatste mogelijkheid ter sprake. U kunt de voor- en nadelen van de verschillende behandelingen met uw gynaecoloog bespreken.
Hierna leest u welke behandelingen er voor een hevig bloedverlies bestaan.
Niet-hormonale medicijnen
Prostaglandinesynthetaseremmers (onder andere diclofenac, ibuprofen, indometacine, naproxen) schrijft de arts vaak voor om menstruatiepijn te verminderen. Minder bekend is dat ook het bloedverlies bij de
menstruatie met gemiddeld 30 procent afneemt. Meer dan de helft van de vrouwen met heviig bloedverlies ervaart dat de menstruaties minder hevig zijn. In de bijsluiters staan veel mogelijke bijwerkingen beschreven, maar in de praktijk komen deze relatief zelden voor.
Het middel tranexaminezuur (Cyklokapron ®) beïnvloedt de bloedstolling. U neemt dit alleen in tijdens de dagen van hevig bloedverlies. Bij de
menstruatie ontstaat door het afstoten van het slijmvlies aan de binnenzijde van de baarmoeder een wondgebied. Naarmate hierin het bloed sneller stolt, verliest u minder bloed. Gemiddeld neemt het bloedverlies met de helft af; vier van de vijf vrouwen zijn na deze behandeling tevreden met het resultaat. Weinig gegevens zijn bekend over tevredenheid op langere termijn. Vrouwen die ooit
trombose hebben gehad, mogen dit middel niet gebruiken.
Hormonale medicijnen
- De pil
Veel vrouwen weten uit ervaring dat de menstruatie minder hevig is bij het gebruik van de pil. De pil is daarom vaak een geschikt medicijn bij klachten over hevig bloedverlies. Over het algemeen is het resultaat goed, maar de pil biedt niet altijd uitkomst. Sommige vrouwen ervaren bijwerkingen, anderen hebben emotionele tegenzin om (weer) de pil te gebruiken. Dat geldt vooral voor vrouwen die gesteriliseerd zijn of van wie de partner zich heeft laten steriliseren. In tegenstelling tot vroeger zijn er tegenwoordig weinig bezwaren tegen pilgebruik boven de 35 jaar. Voor vrouwen die de overgang naderen, is er een pil met een iets andere samenstelling. Bij hoge bloeddruk of roken raadt de arts het gebruik van de pil soms af. Uiteraard is stoppen met roken verstandiger voor uw gezondheid. - De prikpil
De prikpil is een driemaandelijkse injectie met een relatief grote hoeveelheid van het hormoon progestageen. De prikpil schrijft de arts meestal voor als anticonceptie, maar het is ook te gebruiken ter behandeling van hevige menstruaties. Het is de bedoeling dat de menstruaties uiteindelijk helemaal wegblijven. Vaak zijn er de eerste maanden, en soms het eerste halfjaar of nog langer, klachten over langdurig, onregelmatig bloedverlies.
Niet bij elke vrouw die de prikpil gebruikt, blijven de menstruaties helemaal weg. Na het stoppen met de prikpil duurt het bovendien vaak één of zelfs twee jaar voordat de cyclus zich weer herstelt. De prikpil schrijft men daarom relatief zelden voor als behandeling voor hevige menstruaties.
- Progesteronpreparaten
Continu gebruik van een progesteronpreparaat, zoals Orgametril ®, zorgt ervoor dat er geen eisprong optreedt. Daardoor blijft ook de menstruatie achterwege. Deze medicijnen moet u dagelijks innemen. Niet altijd lukt het ervoor te zorgen dat de menstruaties wegblijven. Soms treedt tussentijds bloedverlies op. Een vaak voorkomende bijwerking is het vasthouden van vocht en daarmee een toename van het lichaamsgewicht. Andere mogelijke bijwerkingen zijn een vettige huid en soms depressiviteit of minder zin hebben in vrijen. Niet elke vrouw heeft last van deze bijwerkingen. Het anti-hormoon danazol onderdrukt de aanmaak van hormonen in de eierstokken, waardoor minder slijmvlies in de baarmoeder wordt opgebouwd en afgestoten. Over het algemeen neemt de menstruatie in hevigheid af; bij de meeste vrouwen verminderen de klachten. Er kunnen bijwerkingen voorkomen, zoals het vasthouden van vocht en een vettige huid; een enkele keer zijn er ernstiger bijwerkingen. In het geval van bijwerkingen is het middel niet geschikt voor langdurig gebruik. LHRH-agonisten zijn medicijnen die de situatie in de post-menopauze (de periode na de laatste menstruatie) nabootsen. De eierstokken maken dan nauwelijks hormonen aan, zodat het baarmoederslijmvlies niet meer wordt opgebouwd en afgestoten. In verband met ongunstige effecten voor de botopbouw schrijven de meeste artsen dit medicijn liever niet langer dan een halfjaar voor. Voor jongere vrouwen is deze behandeling meestal niet geschikt. Voor vrouwen rond vijftig jaar zijn deze medicijnen vaak een tijdelijke oplossing: wellicht komen zij na deze periode spontaan in de overgang. Deze middelen kunnen overgangsklachten als opvliegers en nachtzweten versterken. Zo nodig kan uw gynaecoloog andere hormonen voorschrijven om deze bijwerkingen te verminderen. - Progesteroncapsule (het Mirena-spiraaltje)
De arts brengt de progesteroncapsule via de vagina in de baarmoeder. Op het ogenblik is alleen het Mirena-spiraaltje op de markt; mogelijk komen er nog andere merken. De capsule geeft gedurende vijf jaar het hormoon progestageen af. Het baarmoederslijmvlies is zo minder gevoelig voor de hormonen die de eierstokken maken. Het slijmvlies blijft dun en het bloedverlies bij de menstruatie vermindert over het algemeen sterk. Het spiraaltje is in Nederland sinds enkele jaren op de markt. Uit onderzoek blijkt dat driekwart van de vrouwen met een Mirena-spiraaltje minder hevig vloeit dan eerst en sommige vrouwen menstrueren na langere tijd helemaal niet meer. Wel zijn er de eerste maanden na het inbrengen vaak buikpijnklachten. Ook moet u rekening houden met drie tot zes maanden spotting: tussentijds bloedverlies op onvoorspelbare momenten. Het Mirena-piraaltje is niet voor elke vrouw geschikt. Vooral vrouwen die vroeger een spiraaltje spontaan zijn verloren, hebben waarschijnlijk ook meer kans dit spiraaltje te verliezen. Klachten in het verleden over abnormaal bloedverlies bij een gewoon spiraaltje hoeven bij een Mirena-spiraaltje niet terug te keren.
De operatieve behandelingen van het baarmoederslijmvlies
Behandelingen van het baarmoederslijmvlies hebben als doel dit slijmvlies te verwijderen of te vernietigen. Immers, als van dit slijmvlies weinig of niets meer over is, kan het lichaam het ook niet opbouwen en bij de
menstruatie afstoten. Verschillende methoden als de NovaSure en de endometriumresectie bespreken we hier kort. Voor verdere informatie verwijzen wij u graag naar onze patiënteninformatie NovaSure en Therapeutische
Hysteroscopie. Meestal verricht de gynaecoloog deze operaties op de operatiekamer of op de poliklinische operatiekamer (POK). Op de operatiekamer kan de
anesthesist u narcose of een ruggenprik geven. Op de poliklinische operatie kamer krijgt u sedatie, Sedatie Praktijk Specialist (SPS).
Soms adviseert de gynaecoloog een voorbehandeling van het slijmvlies. U krijgt dan medicijnen waardoor u tijdelijk in de
overgang komt. Het baarmoederslijmvlies wordt hierdoor dunner en is gemakkelijker te verwijderen of te vernietigen. Na afloop van deze behandelingen moet u rekenen op een aantal weken vieze, soms stinkende afscheiding. Pijn is er meestal alleen de eerste dag na de operatie.
Een zwangerschap raden wij na een dergelijke ingreep ten sterkste af. 95% van de patiënten is tevreden met het resultaat. Zij menstrueren duidelijk minder en bij een klein deel houdt de
menstruatie helemaal op. Op langere termijn groeit het baarmoederslijmvlies vaak weer aan. Herhaling van de behandeling na een aantal jaren kan dan nodig zijn.
De operatieve verwijdering van de baarmoeder
Verwijdering van de baarmoeder (hysterectomie of
uterusextirpatie) adviseert de gynaecoloog doorgaans pas als andere behandelingen niet het gewenste resultaat opleveren. Soms geeft de arts een dergelijk advies eerder, bijvoorbeeld in het geval van een baarmoeder met zeer veel myomen die de hevige menstruaties veroorzaken. Voor verdere informatie verwijzen wij naar onze patiënteninformatie Myomen en Het verwijderen van de baarmoeder.
Tot slot
Heeft u nog vragen, bespreek deze dan gerust met uw gynaecoloog. Hevig bloedverlies is een vervelende klacht, maar zelden levensbedreigend. U heeft dus tijd om tot een weloverwogen beslissing te komen. Meer informatie en onze contactgegevens vindt u op onze website
www.reinierdegraaf.nl.
Zelfhulporganisatie
Stichting Voorlichting Zelfhulp Gynaecologie (VZG)
Nieuwegracht 24 A
3521 LR Utrecht
030 - 231 05 58 (maandag tot en met vrijdag van 9.30 tot 12.30 uur)
Verder lezen
Voor meer informatie kunt u kijken op
degynaecoloog.nl :
- Echoscopie;
- Endometriose;
- Diagnostische hysteroscopie: kijken in de baarmoeder;
- Het verwijderen van de baarmoeder bij goedaardige afwijkingen;
- Myomen.
degynaecoloog.nl/infomatiefilms,
engels,
arabisch
keuzehulp.infoWoordenlijst
- Adenomyose: baarmoederslijmvlies dat in de baarmoederspier gegroeid is.
- Anti-hormoon: een synthetisch hormoon dat de aanmaak van eigen hormonen beïnvloedt.
- Ballonbehandeling: een operatie waarbij de gynaecoloog een ballon met hete vloeistof in de baarmoeder brengt; de hete ballon verschroeit het baarmoederslijmvlies.
- Curettage: een kleine operatie waarbij de gynaecoloog het baarmoederslijmvlies met een dun lepeltje wegschraapt (de baarmoeder ‘schoonmaken’).
- Endometriose: baarmoederslijmvlies dat zich bevindt op een andere plaats dan in de baarmoeder.
- Endometrium: baarmoederslijmvlies.
- Endometriumresectie: een operatie waarbij de gynaecoloog het baarmoederslijmvlies verwijdert.
- Hysteroscopie: een onderzoek waarbij de gynaecoloog met een dun buisje in de baarmoeder kijkt.
- Hysteroscopische operatie: een operatie via een dun buisje dat de gynaecoloog in de baarmoeder brengt.
- Menstruatie: maandelijkse bloeding.
- Menstruatiecyclus: de tijd die verloopt tussen de eerste dag van twee menstruaties.
- Myoom: een goedaardige spierknobbel die uitgaat van de wand van de baarmoeder.
- Oestrogeen: een vrouwelijk hormoon uit de eierstokken.
- Overgang: de periode rond de laatste menstruatie (gewoonlijk rond het 52ste levensjaar).
- Poliep: een gezwelletje dat in de baarmoederholte groeit; bijna altijd is het goedaardig.
- Post-menopauze: de periode na de laatste menstruatie; gemiddeld begint deze rond het 52ste jaar.
- Progesteron: een vrouwelijk hormoon uit de eierstokken.
- Progestageen: een medicijn dat dezelfde eigenschappen heeft als het door het lichaam gemaakte progesteron.
- Rollerbolmethode: een operatie waarbij de arts het baarmoederslijmvlies met een verhit bolletje verschroeit.
- Trombose: de vorming van stolsel in een bloedvat.
- Uterus: de baarmoeder.
- Uterusextirpatie: verwijdering van de baarmoeder.
- Vleesboom: een myoom.
Bron: © NVOG