Hoe geef je fototherapie aan je kind?
Hoe meer uren je kind in de BiliCocoon ligt hoe sneller de hoogte van de
bilirubine in het bloed en de huid zal dalen. De fototherapie moet in principe dag en nacht door gaan. Hoe lang de fototherapie moet worden gegeven is voor elk kind anders.
Dit zit in de koffer van het ziekenhuis:
- Een mat (figuur 1).
- 2 hoezen voor de mat.
- Een lichtbak (figuur 2).
- 2 stoffen brillen (voor de ogen van je kind).
- Een set bloedbuisjes en hielprikkers (voor de verloskundige).
- Deze gebruiksaanwijzing.
- Wellicht een gebruiksaanwijzing van de leverancier.
Daarnaast krijgt u nog formulieren om bloed te laten prikken en patiëntstickers mee.
Hoe ga je te werk?
1. Stop de stekker van de lichtbak (figuur 1 & 2) in een geaard stopcontact.
2. Steek de aansluiting van de mat (figuur 1) in de poort van de lichtbak (figuur 1 & 2).
Figuur 1. de mat en de lichtbak.
3. Je doet één van de bijgeleverde hoezen om de mat heen.
4. Leg de mat met hoes eromheen op een zachte en vlakke ondergrond zoals een box of bed
5. Leg je kind bloot -
maar met luier aan - op de mat (figuur 3).
6. Maak de hoes van de mat dicht. Dit doe je als volgt:
a. Maak eerst de buikflap vast.
b. Vouw daarna het voorste deel over je kind.
c. Bevestig de schouderbandjes.
d. Sluit de zijkanten.
7. Zet je kind ten alle tijden een stoffen bril op als het ligt in de BiliCocoon (zit in de koffer). De bril beschermt de ogen tegen het blauwe licht. Dat licht kan schadelijk zijn.
Bij een voedingsmoment mag de bril even af, mits erop gelet wordt dat het licht van de BiliCocoon niet vrij komt. Dit gebeurd bijvoorbeeld wanneer de flappen van de zijkant open zijn. Dit kan je oplossen door tijdelijk even een doek erover heen te leggen.
8. Zet de mat aan. Dat doe je met de zwarte schakelknop van de lichtbak. (zie figuur 2, indrukken staand streepje)
9. De sessie start vanzelf na 5 seconden. Als het goed is geeft de lichtbak nu blauw licht.
10. Controleer het controlelicht (5), dat moet blauw zijn en mag niet knipperen. Indien het lampje knippert werkt de mat niet goed
11. Controleer of de mat blauw licht geeft.
Figuur 3. een kind met een stoffen bril in de BiliCocoon.
Belangrijk!
- Gebruik altijd een geaard stopcontact.
- In de kabel van de mat mag geen knik zitten.
- Controleer regelmatig of de lichtbak brandt (figuur 2).
- Zet de BiliCocoon alleen uit om je kind te verschonen of om de temperatuur te meten.
- Na 99 uur gebruik gaat de BiliCocoon automatisch uit. Via het ziekenhuis kun je de BiliCocoon eventueel weer in werking (laten) stellen.
- Pas op de mat en aansluiting van de mat kunnen heet zijn wanneer deze losgekoppeld zijn.
- Zorg ervoor dat de ventilatieroosters aan de zijkant en achterkant van de lichtbak vrij zijn (figuur 4.)
Figuur 4. Ventilatieroosters
Aan & Uit knop
Wil je de fototherapie onderbreken of stoppen? Dat doe je als volgt:
- Uitzetten: zet de zwarte knop op nul (indrukken 0, figuur 2).
- Aanzetten of herstarten: zet de zwarte knop op I (indrukken staand streepje, figuur 2).
Staat de mat eenmaal aan, dan werkt geen enkele bedieningsknop. Dit is uit veiligheid.
Je kind voeden tijdens de fototherapie. Hoe doe je dat?
Oók tijdens het voeden houd je je kind in de BiliCocoon.
Houd de BiliCocoon aangesloten op een geaard stopcontact.
Let op dat je kind voldoende drinkt, plast en poept.
Hoe verschoon je je kind tijdens de fototherapie?
Verschoon de luier zoals gebruikelijk om de 3 uur. Urine en ontlasting kunnen immers irritatie geven.
Wordt de hoes van de BiliCocoon vies, maak dan de hoes schoon met een vochtige doek. Krijg je de hoes echt niet meer schoon? Vervang dan de eerste hoes voor de tweede.
- Zet de BiliCocoon uit: druk op de zwarte knop van de lichtbak (zie figuur 2).
- Verschoon je kind op het aankleedkussen zonder BiliCocoon.
- Gebruik géén bodylotion of olie op het lijfje. Dit kan in combinatie met de lichttherapie zorgen voor huidirritatie.
- Billenzalf mag wél op de billen (de luier beschermt de billen).
- Zet de BiliCocoon weer aan. Druk op de zwarte knop van de lichtbak (zie figuur 2). De fototherapie herstart.
Hoe meet je de temperatuur van je kind tijdens de fototherapie?
Minstens 2 keer per dag moet je de lichaamstemperatuur meten. Dat doe je in de anus (poepgaatje). Een digitale thermometer houd je tot het piepje gaat in de anus.
- Zet de BiliCocoon uit met de zwarte knop van de lichtbak (zie figuur 2, indrukken naar O).
Meet de temperatuur.
- Een normale lichaamstemperatuur ligt tussen de 36,5 en 37,5 graden. Ligt de lichaamstemperatuur boven de 37,5 graden? Doe dan de zijflappen van de BiliCocoon open. Helpt dit onvoldoende verwijder dan de deken die over de BiliCocoon heen ligt.
- Ligt de lichaamstemperatuur onder de 36,5 graden? Leg dan een (extra) deken over het lijf en de benen van je kind in de BiliCocoon.
- Is de temperatuur in de omgeving/kamer te koud of te warm? Neem zo nodig maatregelen.
Zet de BiliCocoon weer aan. Druk op de zwarte knop van de lichtbak (zie figuur 2, indrukken naar
I). De fototherapie start weer.
Bloedafname & afgeven bloedbuisjes
De verloskundige komt een aantal keren bij je thuis voor bloedafname. Bloedafname gebeurt met een hielprik. Het laboratorium van het Reinier de Graaf ziekenhuis controleert het bilirubinegehalte in het bloed.
Misschien vraagt de verloskundige je om een bloedbuisje naar het ziekenhuis te brengen.
- Breng het bloedbuisje tussen 07:30 en 18:00 uur naar de bloedafname van het Reinier de Graaf Gasthuis, Reinier de Graafweg 5 (hoofdingang, begane grond).
- Na 16.30 uur, in weekenden en op feestdagen ga je naar de spoedeisende hulp (SEH) van het Reinier de Graaf Gasthuis, Reinier de Graafweg 5. (ingang Spoedeisende hulp)
De bloeduitslag krijg je via je verloskundige of via de kinderarts. Heb je vragen over het gebruik van de BiliCocoon?
- Tussen 8.30 tot 16.30 uur kun je bellen met de poli Kindergeneeskunde: 015 - 260 36 90.
- Na 16:30 uur, in weekenden en op feestdagen kun je bellen met de afdeling Neonatologie: 015 - 260 35 60.
Ben je bezorgd tijdens de behandeling? Of heb je vragen? Neem dan
contact op met je verloskundige. De verloskundige kan je helpen of doorverwijzen. Je vragen over de behandeling bespreekt de verloskundige met je kinderarts.
Waar breng je de koffer met inhoud terug?
We vragen je vriendelijk, maar dringend, om de koffer met de BiliCocoon zo snel mogelijk terug te brengen (binnen 24 uur na de laatste bloedafname). Zo kunnen ook andere ouders of verzorgers met fototherapie aan de slag.
- Breng de koffer tussen 8.30 en 16.30 uur naar de polikliniek Kindergeneeskunde, 1ste verdieping, gang H.
- Na 16.30 uur, in weekenden en op feestdagen ga je naar de afdeling Neonatologie, 2de verdieping, gang D (Belangrijk: in dit geval moet je even aanbellen).
Zorg dat de volgende inhoud in de koffer zit:
- De mat.
- De lichtbak.
- Restant bloedbuisjes en ongebruikte hoezen/brillen.
De medewerker van het ziekenhuis kijkt samen met jou of de inhoud van de koffer compleet is en vult het innameformulier in.