Wat is het carpale tunnelsyndroom (CTS)?
U ontvangt deze informatie omdat er bij u een carpale tunnelsyndroom is geconstateerd. Het carpale tunnelsyndroom is een beknelling van de nervus medianus (de middelste armzenuw) in het verloop van de carpale tunnel.

Klachten

De klachten zijn: tintelingen, pijn en doof gevoel in de hand en vingers. Het gaat dan om de duim, wijsvinger, middelvinger en ringvinger. Soms kan een verminderde kracht ontstaan waardoor dingen uit de hand kunnen vallen. De pijn kan uitstralen via de onderarm en elleboog tot in de schouder. Vaak treden klachten ’s nachts op, maar ook overdag kunnen deze optreden, bij autorijden, het lezen van de krant en fietsen.

Oorzaak

De oorzaak van de klachten van CTS is een beknelling van de zenuw in de tunnel. Deze tunnel is een doorgang voor de zenuwen en pezen die van de onderarm naar de hand lopen. De bekleding van de pezen kan opzetten waardoor er minder ruimte is in de tunnel. De zenuw raakt dan afgekneld. Meestal is er geen specifiek oorzaak voor CTS. Mensen met suikerziekte, reumatische aandoeningen of een traag werkende schildklier hebben mogelijk meer kans op een CTS. Ook zou het kunnen ontstaan als u met uw hand of pols steeds dezelfde bewegingen maakt, bijvoorbeeld computerwerk.

Operatie

Medicijnen - bloedverdunners

U hoeft niet te stoppen met uw bloedverdunners.

Eten en drinken

U hoeft niet nuchter te zijn vóór de operatie. Dit betekent dat u gewoon mag eten en drinken.

Waar

De operatie vindt plaats in Delft op de 4^e etage, gang E.

Sieraden

U mag geen sieraden (ringen) dragen tijdens de operatie.

Verdoving

Er wordt gebruik gemaakt van een plaatselijke verdoving in de hand/pols.

Hoe lang duurt de operatie?

De operatie duurt ongeveer 15-20 minuten.

Wat houdt de operatie in?

De neurochirurg snijdt het weefsel door tussen uw pink en duimmuis. Dit is een soort bandje van weefsel. Daaronder ligt de carpale tunnel met daarin de beknelde zenuw. Na de operatie hecht de neurochirurg de wond. U gaat dezelfde dag weer naar huis.

Na de operatie

Vervoer naar huis

Na de operatie moet u uw hand ontzien en niet zelf met de auto naar huis rijden. Regel daarom voorafgaand aan de ingreep uw vervoer naar huis.

Pijnmedicatie

Enkele uren na de operatie is de verdoving in uw hand uitgewerkt. Als u nog pijn heeft mag u paracetamol, maximaal 1000 mg 4x per dag.

Leefregels

• Na de operatie moet u 24 uur een mitella dragen.
• Na de operatie heeft u een drukverband op de wond.
• U mag douchen met een plastic zak om uw hand totdat de hechtingen zijn verwijderd.
• Wanneer u het gevoel heeft dat het verband te strak om uw hand zit mag u het verband opnieuw aanbrengen.
• Eén week na de operatie mag u het drukverband eraf halen en een pleister op de wond plakken.
• Wees voorzichtig met uw pols en hand in de eerste twee weken na de operatie.
• Zet geen druk op de wond. Daardoor kunt u pijnklachten krijgen in en om de pols.
• Lichte/kleine bewegingen mag, zoals: brood smeren, haren kammen, tandenpoetsen.
• 2 weken na de operatie mag u voorzichtig uw hand/pols weer gaan belasten.
• Voor het herstel is het goed om geregeld uw vingers te bewegen

Complicaties

Een complicatie is een extra medisch probleem dat zich voordoet. Bij een operatie aan een carpaal tunnel syndroom komen complicaties maar zelden voor.
Mogelijke complicaties zijn:

• roodheid bij de wond;
• een nabloeding;
• een wondinfectie;
• een beschadiging van de zenuw.

Wanneer moet u contact opnemen?

Neem meteen contact op met de polikliniek Neurochirurgie/Neurologie 015 - 260 3533 in de onderstaande situaties:

• bij hevige pijn;
• bij koorts;
• bij zwelling;
• wanneer er vocht of pus uit de wond komt.

Controle

Twee weken na de operatie worden de hechtingen op de polikliniek neurochirurgie verwijderd.

Herstel

De eerste weken na de operatie merkt u dat uw pols zwakker is door de operatie, bijvoorbeeld als u uw hand gebruikt om op te staan uit een stoel. Uw pols en hand herstellen in de loop van enkele weken en worden weer sterker. In de meeste gevallen nemen de klachten af wanneer uw pols en hand sterker worden. U heeft dan minder pijn, voelt geen tintelingen meer en heeft geen verdoofd gevoel meer in de vingertoppen. Meestal kunt u binnen enkele weken uw dagelijkse activiteiten weer oppakken. Soms duurt het herstel langer en verminderen de klachten pas na enkele maanden. Het litteken in uw hand kan enkele maanden gevoelig blijven. Als de kracht in uw hand terugkomt, dan gaat dit vaak heel langzaam. Dat geldt ook voor het verdoofde gevoel in uw vingertoppen. Soms blijft het dove gevoel in uw vingertoppen bestaan.