U ontvangt deze informatie, omdat uw kind buikgriep heeft. In deze informatie kunt u lezen over de oorzaak van buikgriep, de verschijnselen en de eventuele opname in ons ziekenhuis van uw kind.

Wat is buikgriep?

Buikgriep veroorzaakt diarree. Hierdoor ontstaat verlies van water en zouten, waardoor uitdroging kan ontstaan. Als uw kind ook braakt, droogt hij of zij sneller uit.

Wat is de oorzaak?

Buikgriep, of acute diarree, wordt meestal veroorzaakt door een virus en soms door een bacterie. Het rotavirus is de belangrijkste veroorzaker van ernstige diarree met kans op uitdroging. Kinderen tussen zes maanden en twee jaar hebben een verhoogde kans op uitdroging door te veel vochtverlies. De infectie wordt meestal overgedragen via besmette handen, bijvoorbeeld na toiletbezoek. Het virus kan uw kind overal oplopen, bijvoorbeeld in winkels of het kinderdagverblijf. De tijd tussen de besmetting en het optreden van de eerste ziekteverschijnselen is ongeveer twee dagen.

De symptomen zijn

• buikpijn;
• koorts (niet altijd);
• braken en waterige diarree gedurende drie tot acht dagen;
• uitdroging: geen natte luiers, dorst, sufheid, diepliggende of ingevallen ogen, huilen zonder tranen, lusteloosheid, zwak zijn, verwardheid of verminderd bewustzijn, ingezakte fontanel en verminderde elasticiteit van de huid.

De behandeling

Er is geen specifiek middel tegen het virus. Soms geven wij een medicijn tegen braken. Het virus verdwijnt weer vanzelf uit het lichaam. Voorkomen en/of het behandelen van uitdroging is daarom het belangrijkste.

ORS-behandeling

Bij (dreigende) uitdroging adviseren wij een speciale zout- en suikeroplossing toe te dienen: ORS (orale rehydratie zouten). De samenstelling is zodanig dat de vloeistof goed wordt opgenomen in de darmen. Daarom moet u ORS klaarmaken zoals op de verpakking staat. Wij raden het toevoegen van limonadesiroop af.

Opname in ons ziekenhuis

Als uw kind wordt opgenomen in ons ziekenhuis, voeren wij de volgende handelingen uit:

• Uw kind komt op een aparte kamer te liggen en mag deze kamer niet verlaten om besmetting van andere kinderen op de afdeling te voorkomen.
• De verpleegkundige houdt gewicht, temperatuur, polsslag, vochtinname, urineproductie en ontlasting bij.
• Uw kind krijgt ORS. Vaak geven wij dat via een sonde. Dit is een slangetje dat door de neus naar de maag gaat.
• Soms is vochttoediening via een infuus nodig.
• Soms onderzoeken wij bloed of ontlasting om de oorzaak van de diarree op te sporen.

Hygiëne

Uw kind mag niet van de kamer af en ook bezoek moet zo veel mogelijk op de kamer blijven. Alle materialen en artikelen op de kamer moeten daar blijven. Als het virus op de handen zit, kan het uren blijven leven. Op bijvoorbeeld speelgoed en aanrechtbladen kan het zelfs dagen actief blijven. Daarom desinfecteren wij regelmatig het speelgoed. Het is belangrijk dat zowel uw kind als het bezoek regelmatig de handen grondig wast met water en zeep.

Bezoek

Volwassen bezoek is welkom. Broertjes en zusjes ook, maar wel in overleg met de verpleging. Het bezoek moet de hygiënevoorschriften goed opvolgen. Wij adviseren geen andere kinderen op bezoek te laten komen. Dit ter bescherming van zowel uw zieke kind als het kind dat op bezoek komt.

Nazorg en ontslag

Na ontslag kan het nog even duren voordat uw kind weer helemaal fit is. Als uw kind nog diarree heeft, is dit nog besmettelijk voor anderen. Een afspraak op de polikliniek is niet altijd nodig.

Heeft u vragen?

Heeft u na het lezen van deze patiënteninformatie nog vragen? Neem dan contact op met uw kinderarts of verpleegkundige op de afdeling of de kinderpolikliniek. Meer informatie en onze contactgegevens vindt u op onze website www.reinierdegraaf.nl.