U ontvangt deze informatie, omdat u onlangs bent geopereerd aan uw blaas. De door de uroloog geconstateerde afwijking is verwijderd met een operatie. Deze afwijkingen zijn dan wel verwijderd uit uw blaas, maar ze hebben de neiging om terug te komen. Hoewel deze afwijkingen zich meestal beperken tot het slijmvlies en wij deze dus goed kunnen weghalen, wil de uroloog u blaasspoelingen voorschrijven om te voorkomen dat deze weer terugkeren en verder in de blaaswand groeien. Een medicijn dat hiervoor veel gebruikt wordt is BCG. In deze informatie leest u meer over de blaasspoelingen en over dit medicijn. Blaasspoeling en BCG
De blaasspoeling bevat een oplossing van verzwakte tuberculosebacteriën. Vroeger werd dit gebruikt om mensen te beschermen tegen de tuberculosebacterie. Later bleek dit middel ook goed werkzaam om het ontstaan van sommige vormen van blaasafwijkingen te voorkomen. Het is de bedoeling dat het afweersysteem aangezet wordt om deze cellen te herkennen en tegen te gaan.
Dit medicijn krijgt u rechtstreeks via een
katheter in de blaas gebracht. Zo bereiken wij een zo goed mogelijk resultaat met zo min mogelijk bijwerkingen. U krijgt door deze methode geen last van bijvoorbeeld maag-darmklachten.
Opname in ons ziekenhuis
Indien voorgeschreven en gewenst, krijgt u na de eerste spoeling een zetpil Diclofenac mee naar huis. Breng deze in vóórdat u voor de volgende spoeling naar het ziekenhuis komt. Dit voorkomt eventuele blaaskrampen tijdens de spoeling.
De blaasspoelingen krijgt u op de afdeling dagbehandeling. Er wordt een dunne
katheter ingebracht waardoor wij de vloeistof direct toedienen. Daarna verwijderen wij de
katheter.
Het is de bedoeling dat de spoelvloeistof twee uur in de blaas blijft. Om te voorkomen dat u voortijdig moet urineren, adviseren wij u de ochtend voor de spoeling het drinken te beperken.
Als u plastabletten slikt, kunt u deze beter na de spoeling innemen.
De eerste keer verblijft u twee uur op de afdeling om te kijken of het lukt de spoeling in te houden. De volgende spoelingen mag u direct na het inbrengen van de spoelvloeistof naar huis gaan.
De nazorg
Na het uitplassen van de vloeistof moet u het toilet tweemaal doorspoelen en reinigen met chloor. Wij raden mannen aan zittend te plassen om spetteren of morsen van de urine te voorkomen. Mocht u toch urine morsen, dan kunt u dit het beste opnemen met een absorberende, vochtige doek.
Contact met de huid moet u vermijden. Gebruik daarom plastic wegwerphandschoenen. Het doekje gooit u daarna weg. Verder hoeft u thuis geen extra voorzorgsmaatregelen te nemen.
Omdat niet precies bekend is hoelang de resten van de tuberculosebacteriën achterblijven in de blaas, adviseren wij om een week na de spoeling bij alle seksuele handelingen een condoom te gebruiken. Daarna zijn er geen speciale voorzieningen meer nodig.
Mogelijke bijwerkingen
Enkele uren na de spoeling kunnen er klachten optreden, zoals een toenemende aandrang tot plassen en een branderig, pijnlijk gevoel bij het uitplassen. Deze klachten lijken op een blaasontsteking en kunnen een aantal dagen aanhouden.
Neem bij koorts
contact op met de polikliniek urologie tijdens kantoortijden of met de HAP of SEH in de avonden en/of weekend.
Bij andere klachten waarbij u twijfelt of de volgende spoeling door kan gaan verzoeken we u
contact op te nemen met de polikliniek urologie.
Bent u verhinderd?
Als u door ziekte of om een andere reden verhinderd bent om op uw afspraak te komen, neem dan zo snel mogelijk
contact op met de polikliniek urologie.
Contact
Deze folder geeft algemene voorlichting en is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw arts. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u
contact opnemen met de verpleegkundige op de afdeling wanneer u bent opgenomen.
U kunt ook bellen met de polikliniek urologie: 015 - 260 39 43.
Meer informatie vindt u op onze website
www.reinierdegraaf.nl.