U ontvangt deze informatie, omdat er bij u operatief een nieuwe verbinding is gemaakt tussen het halsgedeelte van de slokdarm en de darmen. Deze buismaagreconstructie is gemaakt, omdat een groot deel van de slokdarm (oesophagus) en het bovenste deel van de maag (cardia) zijn verwijderd. Het overgebleven deel van de maag is opgetrokken tot in de hals en vormt de buismaag. In deze informatie kunt u lezen wat deze verbinding betekent voor het functioneren van uw maag. Wij geven u een voedingsrichtlijn en advies wat u kunt doen bij klachten.
De functie van de maag
In de maag wordt voedsel opgeslagen, gekneed en vermengd met verteringssappen. Door de operatie zijn deze maagfuncties verminderd. Door goed te kauwen, vaker en rustig te eten kunt u de vertering bevorderen. In principe kunt u alles blijven eten na de operatie. Sommige mensen verdragen echter niet alles. Veel mensen moeten na de operatie wennen aan de buismaag en het nieuwe eetpatroon. Maag- en darmklachten komen, zeker in het begin, regelmatig voor. Veelvoorkomende klachten zijn: een vol gevoel, misselijkheid, opboeren, braken, diarree en gewichtsverlies. Ook het hongergevoel kan soms verdwenen of verminderd zijn.
Voedingsrichtlijnen bij een buismaag
In principe kunt u alles blijven eten na de operatie. Sommige mensen verdragen echter bepaalde producten niet. De volgende punten kunnen u helpen om de vertering te bevorderen.
Eet rustig en kauw goed
Door goed rustig te eten en goed te kauwen, bevordert u de vermenging van speeksel met voedsel en daarmee de vertering van het voedsel.
Gebruik zes tot negen kleine maaltijden verspreid over de dag
Wanneer u te grote hoeveelheden voedsel in één keer eet, krijgt u sneller klachten. Een langdurig opgeblazen gevoel, opboeren, misselijkheid, braken en diarree kunnen het gevolg zijn. Wij adviseren u daarom zes tot negen kleine maaltijden per dag te nuttigen.
Vochtgebruik
Drink ten minste 1,5 liter (tien tot twaalf kopjes) vocht per dag. Vocht geeft snel een vol gevoel, waardoor uw eetlust vermindert. Gebruik daarom géén koolzuurhoudende (CO2) dranken. Drink zo min mogelijk tijdens de maaltijd; drink vooral tussen de maaltijden door.
Wees royaal met boter en beleg
Smeer royaal met boter of margarine, bijvoorbeeld op een beschuitje, cracker, knäckebröd, toastje, krentenbol, plakje ontbijtkoek of een mueslibol. Doe er dubbel beleg op, bijvoorbeeld (smeer)kaas, buitenlandse kaas (zoals brie), zalmsalade of huzarensalade, pindakaas, paté. Of eet een tosti met ham, kaas, tomaat of bijvoorbeeld appelschijfjes.
Voeg room toe
Voeg room toe aan bijvoorbeeld een glas (warme) melk, chocolademelk, pap, vla, (vruchten) yoghurt, yoghurtdrank, milkshake of vruchtensap. Ook aan warme gerechten kunt u room toevoegen, denk aan aardappelpuree, ragout, groente à la creme en saus. Kookt u de room niet mee.
Regelmatig voorkomende klachten
Bepaalde voedingsmiddelen kunnen klachten veroorzaken. U kunt zelf uitproberen welke voedingsmiddelen u wel of niet verdraagt. Dit is voor iedereen verschillend.
Vol gevoel en misselijkheid
Door de operatie is de maagfunctie (opslag, kneden en mengen) veranderd.
De volgende producten kunt u soms minder goed verdragen:
- Draderig vlees, zoals runderlappen, soepvlees, rauwe ham, rosbief, bacon en rookvlees. Deze vleessoorten zijn moeilijk fijn te kauwen.
- Rauwkost en fruit met stugge velletjes en vliesjes, zoals citrusvruchten, druiven en bessen. Gebruik gekookte groente, andere soorten fruit, vruchtensappen of siroop met vitamine C.
- Brood wordt meestal gemakkelijk doorgeslikt en niet voldoende gekauwd. Let er dus goed op als u brood eet dat u dit goed kauwt. Neem anders geroosterd brood, tosti’s, toast, beschuit, crackers of iets dergelijks. Hierop kauwt u automatisch beter.
Opboeren en braken
Door de operatie is de kringspier (maagklepje) die de slokdarm van de maag afsluit, verwijderd. Hierdoor kan het eten en drinken weer omhoog komen in de slokdarm.
Vooral de volgende voedingsgewoonten kunnen klachten veroorzaken:
- het gebruik van te veel vocht tijdens de maaltijden (nuttig maximaal één consumptiedrank);
- het gebruik van koffie, alcohol en sterk gekruid voedsel.
Houdingsadviezen
- niet persen, tillen en bukken;
- verhoog het hoofdeinde van uw bed;
- niet liggend eten;
- vermijd strak zittende kleding.
Wat doet u als de klachten aanhouden?
Vooral door problemen met slikken en/of een verminderde eetlust kan uw lichaamsgewicht afnemen. Deze operatie eist veel van uw lichaam. Gewichtsverlies betekent een afname van uw conditie. Dat kan nadelig zijn voor uw herstel na de operatie. Controleer daarom uw gewicht door u op een vaste dag te wegen. Uitgangspunt is dat het lichaamsgewicht over het algemeen stabiel blijft (als dat gewenst is) of langzaam stijgt.
Als u blijft afvallen of last blijft houden van deze klachten, neemt u dan contact op met uw diëtist.
Praktische tips om de voeding energierijker te maken
Door uw voedingspatroon energierijker (met meer kcal.) te maken, kunt u gewichtsverlies tegengaan. Onderstaande tips kunnen u hiermee helpen.
- Maak gebruik van volvette producten, bijvoorbeeld volle melk, volle yoghurt, volle vla, pap, volle kwark.
- Neem iets extra’s bij de thee/sap/limonade. Neem bijvoorbeeld een voedingsbiscuit (zoals Evergreen, Nutri-break, Switch, Brunch, Sultana), ontbijtkoek, allerlei verschillende koeken en koekjes, cake, chocolade, snoep, gebak, zoutjes of nootjes.
- Gebruik een tussenmaaltijd. Gebruik bijvoorbeeld een kant-en-klare salade (zalm-, huzarensalade et cetera) of een schaaltje vruchtencompote, roomijsje of softijs. Uit het vuistje neemt u bijvoorbeeld een rolletje vleeswaren, een blokje kaas of worst.
- Voeg (extra) suiker toe. Voeg bijvoorbeeld siroop, honing of druivensuiker toe aan thee, koffie, vruchtensappen, melk, pap, vla, yoghurt, pudding, milkshake, appelmoes.
Zoek folders
Print pagina
Download PDF
Grotere tekst
Kleinere tekst
Favoriet
Stuur door
