U ontvangt deze informatie, omdat u of uw kind binnenkort trommelvliesbuisjes krijgt. Dit is een kleine ingreep waarvoor jullie even naar ons ziekenhuis moeten komen. U leest hieronder meer over de ingreep. Soms verwijderen wij tegelijkertijd ook de neusamandel. De KNO-arts heeft dit dan van tevoren met u besproken en u ontvangt ook onze informatie over Neusamandelen verwijderen.

Hoe werkt een oor?

Het oor zorgt ervoor dat we geluid kunnen horen. Het oor is onder te verdelen in: het uitwendige oor, het middenoor en het binnenoor (zie de tekening). Geluid is een luchttrilling. De trilling komt via de gehoorgang aan bij het trommelvlies, dat de trilling doorgeeft aan een keten van gehoorbeentjes. Dit zijn drie zeer kleine, met gewrichtjes aan elkaar zittende botjes: hamer, aambeeld en stijgbeugel. De gehoorbeentjes bevinden zich in een ruimte achter het trommelvlies: het middenoor. De geluidstrilling wordt uiteindelijk doorgegeven aan het eigenlijke gehoorzintuig: het binnenoor of slakkenhuis. Dit geeft het geluid door naar de hersenen. Het middenoor is onder normale omstandigheden gevuld met lucht, die dezelfde druk en samenstelling heeft als de buitenlucht. De druk wordt gehandhaafd via de buis van Eustachius. Waarom de buis van Eustachius, vooral op jonge leeftijd, vaak niet goed werkt, is niet precies bekend.

Leuk om te kijken; Klokhuis 'oorbuisjes'

Waarom trommelvliesbuisjes plaatsen?

Werkt de buis van Eustachius niet goed, dan ontstaat er onderdruk in het middenoor, waardoor het trommelvlies naar binnen wordt getrokken. Hierdoor raakt het middenoor gevuld met vocht. Klachten die hiermee samenhangen zijn: een drukkend gevoel in het oor en soms (hevige) pijn. Ook treedt er gehoorverlies op, omdat de geluidstrillingen door het vocht gedempt worden.

Om het vocht uit het middenoor te halen en te houden, plaatsen wij trommelvliesbuisjes. Deze kleine siliconen buisjes zetten we met behulp van een microscoop in het trommelvlies. Door de opening in het buisje kan er lucht in het middenoor komen en eventueel vocht weglopen, zodat alles weer normaal kan functioneren. De buisjes zijn zo’n 2-3 mm groot. Ze zijn niet zichtbaar van buiten. Ze verschuiven zelden en groeien er meestal na enkele maanden uit. Het trommelvlies sluit zich daarna zelf. Als de klachten terugkomen, kan het nodig zijn om opnieuw buisjes in te brengen.

Wanneer standaardbuisjes zijn geplaatst, blijven deze gemiddeld zes tot negen maanden zitten. Ze groeien vanzelf uit het trommelvlies waarna in de meeste gevallen het trommelvlies zich spontaan weer sluit. U zult de buisjes niet altijd zien, omdat ze zo’n 2 - 3 millimeter groot zijn. In een aantal gevallen zullen de buisjes korter dan zes maanden blijven zitten, soms juist ook langer.

Mogelijke complicaties

Bij iedere operatie is er sprake van enig risico. In dit geval is het voornaamste risico een loopoor of dat het trommelvlies niet dichtgroeit als het buisje weer het trommelvlies is uitgegroeid (een kans van 1 procent). Verder bestaat er een kleine kans op gehoorverlies.

Preoperatief spreekuur

U krijgt een telefonische afspraak met de anesthesist die uitleg geeft over de verdoving en de pijnbestrijding.

Als het uw kind betreft krijgt deze algehele narcose en merkt dus niets van de operatie. De anesthesist dient de narcose toe met een kapje over de neus en mond.

De opnamedatum

Het opnamebureau belt u na de POS-afspraak om de opnamedatum in te plannen. Als deze datum niet uitkomt, geef dit dan zo snel mogelijk door aan de afdeling opname en de polikliniek KNO. Aan het eind van deze folder vindt u de telefoonnummers.

Voor uw kind geldt dat op de opnamedag één ouder mee mag naar de opnameafdeling.

Nuchter zijn

Voor de operatie moet u of uw kind nuchter zijn. De anesthesioloog heeft hierover verteld in de POS-afspraak. Meer informatie over het nuchterbeleid vindt u in de

patientenfolder Nuchterbeleid kinderen tot 16 jaar

patientenfolder Nuchterbeleid volwassenen vanaf 16 jaar

Wat neemt u mee?

Doe makkelijk zittende kleding aan, bijvoorbeeld een joggingpak of pyjama (maar geen onesie).

Neem voor uw kind een schone pyjama mee, en vergeet de lievelingsknuffel niet.

De opnamedag van uw kind;

Eén ouder mag mee naar de patiëntenkamer. Zowel u als uw kind mogen geen sieraden dragen op de operatieafdeling. Samen gaat u naar de operatiekamer.
Let op: Vanwege mogelijke blootstelling aan narcosegassen kunnen zwangeren niet mee naar de operatieafdeling.

In de operatiekamer draagt u steriele kleding, namelijk een schort, muts en overschoenen. Uw kind gaat op een tafel liggen en krijgt de verdoving van de anesthesioloog. U kunt dit aan uw kind uitleggen als ‘slapen’. De verdoving gaat via een kapje over de neus en mond. Soms krijgt uw kind stickers op de borst geplakt. Hiermee wordt het hartritme gecontroleerd.
Houdt u er rekening mee dat uw kind onverwachte bewegingen (zoals het wegdraaien van de ogen) kan maken of een beetje gaat snurken. Soms houdt een kind de ogen open terwijl de verdoving al is ingewerkt. U hoeft zich hierover geen zorgen te maken. Als uw kind slaapt, verlaat u de operatiekamer. In totaal duurt de behandeling vijf tot tien minuten. Uw kind blijft op de uitslaapkamer tot het goed wakker is. Over het algemeen mag uw kind dezelfde ochtend weer naar huis.

Wij raden aan dat uw kind met twee begeleiders naar huis gaat. Eén van u kan dan op weg naar huis extra aandacht geven aan het kind, terwijl de ander rijdt. Houdt u er rekening mee dat op de patiëntenkamers om veiligheidsredenen maar 1 ouder mee mag.

Eenmaal thuis moet u op de volgende dingen letten:

• In principe mag uw kind thuis gewoon eten en drinken. Bij misselijkheid geeft u eerst even limonade of pap en daarna vast voedsel.
• Kinderen bij wie alleen trommelvliesbuisjes zijn geplaatst, mogen dezelfde dag weer naar buiten en naar school. Als ook de neus- en/of keelamandelen zijn geknipt, mag dit na ongeveer vijf dagen.
• Er zit soms de eerste dag bloed of slijm in de oren. Dit is normaal.
• Soms hebben kinderen na de behandeling wat oorpijn. U kunt dan paracetamol-zetpillen geven.
• Let u erop dat er geen water in de oren komt. Wij adviseren u uw kind één week niet te laten zwemmen en op te letten bij douchen en in bad gaan.
• Bij koorts boven 38.5 graden, pijn, roodheid of zwelling van het oor gelijk contact opnemen met de polikliniek.

De opnamedag van u zelf;

U hoort bij de opnameplanning waar u zich moet melden.

Pijnmedicatie

Na ontslag nog pijnklachten? Dan is het raadzaam om de afgesproken pijnmedicatie (meestal is dit paracetamol) nog tot 48 uur na de ingreep en op vaste tijden toe te dienen.

Complicatie loopoor

Er kan een loopoor krijgen. Er komt dan vocht uit het oor dat een plasje vormt in de oorschelp en/of een vlek geeft op het hoofdkussen. Het vocht kan stinken, geel van kleur zijn en soms wat vermengd zijn met bloed. Oorsmeer daarentegen is bruin en heeft de consistentie van pindakaas. Dit is dus geen loopoor. Een loopoor ontstaat als gevolg van een middenoorontsteking. Dit is een ontsteking van het middenoorslijmvlies meestal als gevolg van een gewone verkoudheid. Achter het trommelvlies ontstaat dan vocht wat via het trommelvliesbuisje dus direct de gehoorgang inloopt en daarna zichtbaar is. U kunt een loopoor gerust drie dagen aankijken. Meestal gaat de oorontsteking spontaan over en stopt het loopoor.
Bij koorts boven 38.5 graden, pijn, roodheid of zwelling van het oor gelijk contact opnemen met de polikliniek.

Druppelen van het oor

Als het oor na 3 dagen nog loopt, is het verstandig het oor te druppelen met een antibiotische oordruppel die u op recept via uw huisarts of via onze polikliniek kunt krijgen. Voordat u de druppel in het oor doet, kunt u de gehoorgang iets droger maken.
Dat doet u door het puntje van een opgerolde tissue voor in de gehoorgang te leggen. Zo kunt u vocht opnemen in de tissue. De druppels vermengen zich echter ook met het vocht en hebben zonder dat u het oor droog maakt ook een goede werking. Op de bijsluiter van deze druppels staat vermeld dat u het niet mag toedienen bij een oor waar een gaatje in het trommelvlies zit (dus ook een buisje). U mag het oor echter gerust druppelen. Onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat een oordruppel absoluut niet schadelijk is voor het oor. Druppel het oor minimaal zeven dagen, ook al is het na enkele dagen alweer droog. Hiermee voorkomt u dat de infectie toch weer de kop opsteekt.
Is het oor na een week druppelen nog niet droog, belt u dan de polikliniek voor een afspraak: (015) 260 42 42.

Het oor moet droog blijven zolang het loopt. Dus uitkijken met douchen of bad en niet zwemmen.

Tijdens het zwemmen

Je mag zwemmen met buisjes. Soms hebben kinderen last van water op het buisje. Dan kan een oordopje helpen. Deze oordoppen kunt u laten aanmeten bij de audicien (de hoortoestellenwinkel). Overigens kunnen watjes die door vaseline vet zijn gemaakt vaak hetzelfde resultaat geven. Er is nooit wetenschappelijk bewijs gevonden dat kinderen die geen dopjes dragen tijdens het zwemmen meer oorontstekingen hebben dan kinderen die ze wel dragen.

Controleafspraak

Binnen 6 weken zal de doktersassistente van de poli telefonisch contact met u opnemen.
Heeft uw kind tussendoor klachten, zoals pijn, slecht horen of een loopoor, neemt u dan contact met de afdeling op.
Soms moeten kinderen vaker op controle komen, bijvoorbeeld kinderen met taal- of spraakproblemen.

De verwerking van de operatie van uw kind

Hoe een kind de operatie ervaart, verschilt per kind. Het kan voorkomen dat uw kind na de operatie snel geïrriteerd raakt of ’s nachts onrustig slaapt, weer gaat bedplassen of meer aandacht vraagt. U kunt uw kind het beste helpen door hiervoor begrip te tonen. In het algemeen adviseren wij eventuele vragen van uw kind eerlijk te beantwoorden en er eventueel spelenderwijs op in te gaan.

De Wet geneeskundige behandeling overeenkomst (WGBO)

De Wet geneeskundige behandeling overeenkomst schrijft voor dat een arts voor een behandeling of een onderzoek van een minderjarig kind de toestemming van de ouders nodig heeft. Ouders hebben recht op alle informatie die nodig is om een weloverwogen beslissing te kunnen nemen. Ook kinderen hebben recht op informatie, ongeacht hun leeftijd. Naar gelang de leeftijd van het kind of naarmate een kind meer heeft meegemaakt, doen ouders en hulpverleners er goed aan ook naar de mening van het kind te luisteren. Voor kinderen van twaalf tot zestien jaar geldt dat een arts voor een behandeling of onderzoek toestemming nodig heeft van het kind en van de ouders. Meer informatie leest u in onze patiënteninformatie WGBO, wat is dat? Jouw rechten in ons ziekenhuis.