Magneetzaadje

Met u is besproken dat een lokalisatie nodig is. Hierbij wordt de precieze plaats van de afwijking in uw borst en/of lymfeklier in de oksel gemarkeerd door middel van een 'magneetzaadje'.

Deze folder geeft meer informatie over dit onderzoek. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan in deze folder is beschreven.
Heeft u vragen, bespreek dit dan met uw arts, verpleegkundig specialist of de radiologisch laborante die het onderzoek doet.

Inbrengen magneetzaadje

Het doel van het markeren is dat de chirurg tijdens de operatie het magneetzaadje en dus de borstafwijking en/of lymfeklier in de oksel kan terugvinden en verwijderen. De chirurg weet zo exact waar de afwijking zich bevindt.
Het magneetzaadje (ter grootte van een rijstkorrel) wordt op de plek van de afwijking geplaatst met een inbrengnaald.



De operatie kan kort na de plaatsing van het zaadje zijn, maar er kunnen ook weken tot maanden tussen zitten.
Lokalisatie kan om de volgende redenen nodig zijn:

• De afwijking in uw borst is niet of slecht te voelen.
• Voordat u geopereerd wordt, is het nodig om u te behandelen met chemotherapie en/of anti-hormonale therapie. Door de voorbehandeling kan de afwijking zo ver slinken, dat deze niet meer of slecht te voelen is.
• Lokalisatie van een lymfeklier in de oksel is nodig om een lymfeklier waarin een uitzaaiing zit te markeren, zodat deze na chemotherapie en/of anti-hormonale therapie selectief kan worden verwijderd en onderzocht kan worden of de uitzaaiing nog aanwezig of verdwenen is.

Aanmelden met behulp van patiëntenpas

U mag zich in het ziekenhuis met uw patiëntenpas aanmelden bij de aanmeldzuil bij de ingang van afdeling Radiologie. Bent u patiënt bij een specialist van buiten het Reinier de Graaf ziekenhuis en bent u nog niet als patiënt bij ons ziekenhuis geregistreerd? Laat u zich dan eerst als patiënt registreren bij de afdeling Patiëntenregistratie bij de ingang van ons ziekenhuis.

Voorbereiding

• Neem altijd een legitimatiebewijs (paspoort, rijbewijs of identiteitskaart) en uw zorgverzekeringspas mee bij uw bezoek aan het ziekenhuis.
• Vóór dit onderzoek mag u geen bodylotion, crème of talkpoeder gebruiken op uw borst(en).
• Draag losse, comfortabele kleding en een stevige beha voor steun na het onderzoek.
• Als u (mogelijk) zwanger bent, is het noodzakelijk om dit vóór uw onderzoek te melden.
• Als u bloedverdunners gebruikt, dient u dit te melden bij de afdeling Radiologie.
• Wanneer u verhinderd bent, vragen wij u zo spoedig mogelijk telefonisch contact op te nemen met het Borstkankercentrum via 015-2603935.

Onderzoek

Zodra u aan de beurt bent, roept de laborante u binnen en vraagt u uw bovenkleding uit te doen. De radioloog voert het onderzoek uit samen met twee specialistische laboranten.

Uitvoering onderzoek

Er zijn twee mogelijkheden om de afwijking goed in beeld te brengen tijdens het plaatsen van het magneetzaadje: meestal kan dit met behulp van echografie (geluidsgolven) en anders met behulp van een mammografie (röntgenstralen):

1. Echografie: Als bij u de afwijking waarneembaar is met behulp van echografie, wordt u gevraagd op uw rug te gaan liggen. De radioloog brengt wat gel aan op de borst en bepaalt met de echokop de plaats van de afwijking en de positie voor de naald.
2. Mammografie: Als bij u de afwijking alleen met röntgen waarneembaar is, wordt u gevraagd om op de buik op de onderzoekstafel te gaan liggen met de borst in een uitsparing in deze tafel. De borst wordt platgedrukt door middel van een plaatje dat de borst gedurende het onderzoek op zijn plaats houdt. De laborant maakt vervolgens röntgenfoto’s van de borst. Vervolgens kan de radioloog via de computer de plaats van de afwijking en de positie voor de naald exact bepalen.

• U krijgt een plaatselijke verdoving.
• De radioloog maakt een klein sneetje en plaatst het magneetzaadje met een naald op de juiste plaats. Ondanks de verdoving kan dit gevoelig zijn.
• Er worden röntgenfoto’s (mammografie) gemaakt om te controleren of het magneetzaadje op de juiste plaats zit.
• Het wondje wordt met een gaasje en een pleister afgeplakt.

Het poliklinische onderzoek duurt ongeveer 45 minuten. Na het onderzoek kunt u gewoon naar huis.

Na de plaatsbepaling

• Soms ontstaat er een bloeduitstorting door een onderhuidse nabloeding.
• Is het magneetzaadje in uw borst(en) geplaatst? Draag dan de eerste 24 uur na de plaatsbepaling een stevige beha. Hiermee wordt nabloeding zoveel mogelijk voorkomen.
• U mag het gaasje en de pleister op de avond na de plaatsbepaling weghalen.
• U mag vanaf de avond na de plaatsbepaling douchen.
• Als u pijn hebt, kunt u paracetamol gebruiken. Neem tot 2 dagen na de plaatsbepaling maximaal 4 keer per dag 1000 mg.

Bij toenemende roodheid of zwelling van de borst of oksel, als u koorts krijgt of indien hevige pijnklachten, neemt u contact op uw verpleegkundig specialist van het Borstkankercentrum via 015-260 39 35.

Vragen

Wanneer u na het lezen van deze folder vragen of opmerkingen heeft, kunt u deze bespreken met uw arts, verpleegkundig specialist van het Borstkankercentrum via 015-260 39 35.